Bewegen op 3 niveaus

DAK-verdieping 3
Als laatste gaat bijna altijd het dak op een huis. Het dak staat bij MNRI-reflexintegratie voor 'informatieverwerking' en 'weten wie jijzelf bent'. Je kunt pas informatie snel en goed verwerken als je daarbij de hulp hebt van de eerste twee verdiepingen (de rode en blauwe bouwblok) die het dak als het ware dragen. Als dit zo is ga jij met gemak door het dak heen als het bijvoorbeeld op onthouden, plannen en organiseren aankomt.

SLAAPKAMERS-verdieping 2
Op de tweede verdieping wordt er veel over gevoelens en emoties gepraat. Dit gebeurt in een gezin met kinderen vaak zo 's avonds op de rand van het bed vlak voor het slapen gaan. Dit is erg belangrijk, want als jij weet hoe jij je van binnen voelt, kun je dit niet alleen uiten maar ook herkennen bij jezelf en bij een ander. Dit geeft ruimte en duidelijkheid wat zorgt voor rust

BEGAANDE GROND-verdieping 1
Op deze verdieping is het een drukte van belang. Er wordt hier namelijk veel bewogen in de vorm van spelletjes, yoga, sporten en massages. Je mag er ook trampolinespringen, schommelen, glijden, kleien enz. Hierdoor leer jij je lijf kennen; weet je hoe sterk je bent, waar je handen en voeten zitten en wat je hiermee kunt doen. Weten waar je bent in de ruimte geeft veiligheid Deze veiligheid is de fundering van jouw huis: hoe sterker de fundering, hoe steviger jouw huis staat.

School
Dus...op het moment dat een kind niet lekker in zijn/haar vel zit kun je jezelf als IB'er afvragen welke verdieping er -bij het betreffende kind- als eerste aandacht nodig heeft. Bij iedere verdieping kun je bijbehorende bewegingen inzetten die je kunt vergelijken als 'de olie die de radertjes smeert'. Werk je namelijk aan de benodigde voorwaarden van die betreffende verdieping, dan geef je de ontwikkeling van het kind een echte boost wat je terug kunt zien in het leren, gedrag, gezondheid en in het bewegen